Apen
Orang-oetan
Orang-oetans zijn zeldzame maar ook schuwe apen die alleen voorkomen op Sumatra en Borneo. Ze hebben erg lange armen en als ze oud zijn worden ze erg zwaar. Meestal leven ze alleen of in paren met hun jong. De Orang-oetans bewonen dichte wouden en brengen haast hun hele leven in de bomen door. De Orang-oetan eet eigenlijk alleen maar vruchten, omdat dat hun voornaamste voedsel is.
Gibbons
Mensapen hebben geen staart en geen kale plekken op hun achterste, zoals die uit Azië en Afrika. Mensapen zijn groter en intelligenter dan de gewone apen. Tussen de mensapen en de gewone apen staan dieren die Gibbons worden genoemd. Gibbons zijn erg slim. Zij hebben geen staart, maar wel kale plekken op hun achterste. De armen van een Gibbon zijn wel twee keer zo lang als zijn lichaam. Ze leven in bomen in wildernissen van Zuid-Oost-Azië. Het zijn fantastische acrobaten en erg luidruchtige dieren.
Handen en Voeten
Apen gebruiken zowel hun handen als hun voeten om iets vast te pakken. De rug van de handen en voeten van de meeste apen is meestal bedekt met vacht. Sommige soorten apen hebben geen duimen. Deze apen gebruiken hun handen dan als haken.
Staarten
Alle apen gebruiken hun staart om in evenwicht te blijven, bijvoorbeeld tijdens een sprong. Dit is speciaal het geval bij apen die in bomen leven. Sommige apen van de Nieuwe Wereld kunnen iets vastpakken met hun staart. Zij hebben een grijpstaart met een kale plek aan het eind.
Bavianen
Grote troepen bavianen leven in Afrika tussen de rotsen of in de steppen. Bavianen eten wortels, insecten en honing. Bavianen zijn sterke apen met grote tanden. Ze roepen elkaar met een diep geblaf. Slechts weinig dieren durven deze apen aan te vallen. Er zijn ook heilige bavianen dat betekent als apebaby’s op de rug van hun moeder worden gedragen.
Zuid-Amerikaanse apen
Zuid-Amerikaanse apen lijken veel op die uit Azië en Afrika. Ze zijn er niet echt aan verbonden, want ze verschillen op allerlei manieren. Deze apen hebben geen kale plekken op hun zitvlak. Ook hebben ze geen wangzakken zoals de apen van de Oude Wereld. Je hebt ook verschillende Amerikaanse apen zoals de Saki de Titi of de Spinaap dit zijn nog maar voorbeelden, want er zijn er nog veel meer. De spinaap is een van de apen die iets met de staart kan vast pakken.

Primaten
Apen horen tot dezelfde diergroep als de mens. Deze groep noemt men primaten. Primaten betekent ’ opperdieren ’. Het spookdiertje hoort ook bij de primaten. Een spookdiertje is net zo groot als een rat en komt uit Azië. De Zuid-Amerikaanse Indiaan is ook een primaat. Primaten hebben betere hersens als die van andere dieren. Ook hebben zij geleerd hun handen te gebruiken. Primaten kunnen goed zien, maar ook goed afstanden schatten. Er zijn veel primaten bijvoorbeeld: de Lemuren of de Maki’s zij leven op Madagaskar of de Kapucijaap uit Zuid-Amerika.
Chimpansees

Chimpansees leven in de tropische bossen van Afrika. Zij zijn kleiner, luidruchtiger, beweeglijker en sneller opgewonden dan gorilla’s. Ze leven gewoonlijk in gemengde groepen van niet meer dan twintig. Chimpansees hebben evenals de andere mensapen geen staart. Gewoonlijk lopen ze op handen en voeten, maar ze kunnen net als de andere apen rechtop lopen. De chimpansees zijn erg goed in klimmen en snel in lopen. Van alle apen zijn de chimpansees het intelligentst. Als ze volwassen zijn worden ze vaak woest en vernielzuchtig. Zoals alle apen zijn ze niet geschikt als huisdier. Chimpansees eten hoofdzakelijk vruchten, bessen en termieten (insecten). Soms doden ze andere dieren, ook wel apen en eten ze op. Elke nacht opnieuw maken ze binnen vijf minuten een nest om in te slapen.
Apengeluiden.
De meeste apen leven in groepen. Een groep leeft in een deel van een bos of een jungle (wildernis). Dat is hun territorium. In dit territorium is hun voedsel en staan bomen waarin zij leven. Apen gebruiken hun stem om hun territorium te verdedigen. Met hun geschreeuw houden ze contact met hun groep. Sommige blaffen als honden of tjilpen als vogels, andere maken een toeterend geluid. Brulapen die komen voor in de tropische wouden van Zuid-Amerika. Zij kunnen met hun stem huilen of brullen als een leeuw. Dat geluid is vaak op kilometers afstand nog te horen. Je hebt bijvoorbeeld de rode brulaap en de zwarte brulaap.
(met dank aan de Apenheul voor het gebruik van een aantal foto's. Wil je meer informatie over apen, bezoek dan www.apenheul.nl )
Geschiedenis
Apenheul ging voor het eerst open in 1971. Het eerste en enige park ter wereld waar apen vrij in het bos leefden en vrij tussen de bezoekers konden lopen. Het begon metwolapen, slingerapen en een paar kleinere soorten. Al snel bleek dat niet alleen de bezoekers,maar ook de apen het uitstekend naar hun zin hadden. De dieren vormden, in hun vrijheid perfecte sociale groepen en planten zich uitstekend voort. Sociale groepen betekent dat de dieren of mensen zich goed aan elkaar aan passen. Dat was reden voor Apenheul om uit te breiden en langzamerhand meer verschillende apensoorten te gaan houden. Zo kwamen in 1976 de gorilla’s op Apenheul. Drie jaar later in 1979, werd de eerste gorilla baby geboren en er kwamen er nog veel meer. Al die baby’s werden in de groep door hun moeder grootgebracht en dat was in die tijd nog heel bijzonder. Al die successen brachten niet alleen steeds meer bezoekers naar Apenheul maar ook primatologen uit de hele wereld. Primatologen zijn mensen die heel veel van apen weten, en apen bestuderen. In 1995 begon Apenheul met een grote vernieuwing en uitbreiding van het park. Er kwam een souvenirshop, restaurants met terrassen en een kinderboerderij. De bossen zijn uitgebreid met spannende speelplekken voor de apen. In 1999 kwamen de orang oetans op Apenheul.
Apen en bezoekers.
Op Apenheul kun je meer dan 30 soorten apen zien. Op Apenheul kun je ook het allerkleinste aapje ter wereld zien de pygmee oesitie die nog geen honderd gram weegt.
De apen op Apenheul hebben veel vrijheid. In veel bosgebieden loop je gewoon tussen de apen rond. De apen zijn niet gevaarlijk als je ze met rust laat. Er zijn een paar eenvoudige regeltjes.
De regels zijn ;
-
De apen niet aaien of vastpakken.
-
Je mag ook niet achter de apen aan rennen. De apen kunnen zich dan bedreigd voelen en gaan bijten of in een boom vluchten.
-
De apen mag je niet voeren. Ze kunnen dan ziek worden. Want ze kunnen niet tegen voedsel wat wij eten zelf van een stukje fruit kunnen ze erg ziek worden.
Apentassen
Apen zijn nieuwsgierige dieren die graag op onderzoek uitgaan ,daarom kun je bij de ingang speciale apentassen lenen. Apentassen zijn zo special omdat de apen hen niet open kunnen krijgen zodat ze niks uit je tas kunnen halen.
Natuurbehouds projecten
Apenheul steunt projecten in Azie, Zuid Amerika en Afrika door geld te geven zodat de regenwouden minder worden gekapt en de apen kunnen blijven leven in de regenwouden.
Mensapen.
Mensapen hebben hun naam niets voor niets. Van alle primaten lijken zij het meest op mensen. Hun hersenen zijn groter dan de hersenen van andere apen. Ook zijn mensapen bijna net zolang zwanger als mensen. De baby aapjes blijven ook heel erg lang bij hun moeder en andere apen uit de groep. Mensapen komen alleen maar voor in het wild in Midden-Afrika en Zuidoost- Azie. Mensapen zijn intelligente dieren. Ze gebruiken zelfs een soort van gereedschap. Ze gebruiken stenen om noten mee te kraken, stokken om roofdieren te verjagen en twijgjes om termieten uit hun termietenheuvel te peuteren. De gibbons uit Zuidoost Azie zijn een beetje een buitenbeentje. Ze zijn veel kleiner dan de andere mensapen. Andere soorten mensapen zijn orang oetans ook uit Zuidoost Azie en gorilla’s, chimpansees en bonobo’s uit Midden-Afrika.
Bonobo’s
Bonobo’s werden vroeger ook wel dwergchimpansees genoemd. Mensen ontdekten in 1929 pas dat er bonobo’s leefden. Ze ontdekten dat daar schedels van lagen in een Belgisch museum. Omdat de schedels van bonobo’s kleiner zijn dan schedels van andere mensaapsoorten werden ze dwergchimpansees genoemd. Pas toen mensen bonobo’s in het wild zagen wisten ze dat de bonobo’s niet veel kleiner waren dan de andere mensapen.
Bonobo’s komen alleen voor in de Democratische RepubliekCongo, dat ligt in het gebied ten zuiden van de brede Zaïre-rivier in Afrika. Daar leven ze in dichte regenwouden. Ze zitten het grootste deel van de dag hoog in een boom, opzoek naar vruchten , takken, bladeren en af en toe een insect, een vogel en een zoogdier. Bonobo’s leven in groepen van ongeveer 200 dieren. Het bijzonderste aan bonobo’s is hun gedrag. Andere mensapen kunnen nogal agressief zijn. Dat gebeurt niet zo snel bij de bonobo’s. Bonobo’s kunnen 40 tot 45 jaar worden.
Orang oetans
Orang oetans leven in het wild op twee eilanden in de Indische Oceaan. De eilanden heten Borneo en Sumatra. Vroeger was er overal op de eilanden tropisch regenwoud. Er leefden toen honderdduizend orang oetans of zelfs meer. Grote delen van de regenwouden zijn gekapt of door bosbranden verdwenen. Doordat er zoveel regenwoud is gekapt en verbrand is de orang oetan een bedreigde diersoort geworden. Want zonder regenwoud kunnen de orang oetans niet leven. De orang oetan kan goed van boom naar boom slingeren omdat hij lange en krachtige armen heeft zodat hij zich goed kan vast grijpen aan de takken van de bomen. Hij gebruikt zijn korte benen bijna niet. Hij komt bijna niet op de grond. De orang oetan mannen zijn bijna twee keer zo groot en zwaar als de vrouwtjes. Volwassen mannetjes hebben grote zwabben aan hun wangen. Zwabben zijn een soort kraag langs hun gezicht. Je kunt zwabben vergelijken met de mannen van een leeuw.
Met hun oranje tot roodbruine haar wat meer dan een halve meter lang kan worden zijn het bijzondere dieren om naar te kijken. Orang oetan vrouwtjes krijgen maar een keer in de vijf tot zes jaar een baby. Een orang oetan baby moet heel erg veel leren daarom krijgt hij van zijn moeder een hele lange opvoeding. Ze krijgen zo’n lange opvoeding omdat er wel 10.000 bomen en planten zijn waar hun van moeten weten welke ze wel of niet mogen eten. Orang oetans zie je bijna nooit in grote groepen, ze leven meer alleen. Toch kennen orang oetans uit een gebied elkaar goed, als ze elkaar tegen komen zijn ze heel aardig tegen elkaar alleen mannetjes willen nog wel eens gaan vechten. Orang oetans kunnen 50 jaar worden.
Gorilla’s
De gorilla is de grootste apensoort. Volwassen mannetjes kunnen 150 tot 200 kilo wegen. Vrouwtjes wegen 75 tot 100 kilo. Gorilla’s leven in groepen van 5 tot 20 dieren. Volwassen mannetjes krijgen een zilvergrijze rug. Zo’n mannetje word ook wel een zilverrugman genoemd Een groep bestaat uit enkele vrouwtjes en hun kinderen zo’n groep word geleid door een mannetje samen met een paar van zijn zonen. Ondanks hij erg sterk is gebruikt hij zijn kracht haast nooit, hij gebruikt zijn kracht alleen als er gevaar is. Ze eten bladeren, jonge plantjes en vruchten. Ze slapen ’s nachts in boomnesten gemaakt van takken en bladeren. Gorilla’s kunnen 45 jaar worden.